Carolijn Selten

Carolijn Selten (1978) schrijft fictie, gedichten en verhalen. Ze heeft een achtergrond in de psychologie en heeft meerdere schrijfwedstrijden gewonnen, waaronder Lutterzand Literair. Ze werkt aan haar debuutroman. Naast haar schrijfactiviteiten, is ze werkzaam als trainer/coach. Ze woont met haar gezin in Doorn. Sinds 2024 is ze één van de Dichters van de Utrechtse Heuvelrug. Vanuit die rol dicht ze over het wel en wee in de gemeente en draagt ze met plezier gedichten voor bij evenementen. 

Carolijn Selten

Lees onderstaand de gedichten van Carolijn of op Instagram. Zij is per e-mail te bereiken.

Op groen

luister, dit is hoe we het gaan doen:

eerst gaan we onszelf wijsmaken 
dat we hier zijn gekomen voor het groen
ja, jij ook
dat we hier zijn voor het oogsten 
van de bomen die 
ergens anders opnieuw
wortelen mogen

we doen heel nonchalant 
over onze outfit 
het fleecevest, het jack, de schipperstrui
die we thuis wel drie keer
uit en aan getrokken hebben
maar natuurlijk puur
gekozen hebben op het weer

dan missen we de helft 
van het openingswoord hoe moeilijk 
kan het zijn, het traceren van het opschot
is in elk geval makkelijker dan 
het herinneren van de naam van de man
of vrouw die naast ons staat
en ’t ergste:
jullie hebben al handen geschud

dus staat ons iets te doen:

we geven onszelf een tweede kans
met in de hand een schep en snoeischaar
sta je op het maaipad?
zeg hallo, zwaai wat, stel je voor
hoe mooi het is tijd te besteden 
met elkaar, uit hetzelfde hout gesneden

samen sparren over bomen
over hoe het is gekomen dat iemand 
verre van een saailing is
deel een kopje thermoskoffie
geniet van samen natuurlijk doen
en bedenk:
je hoeft er niet direct mee te trouwen
maar door jezelf te verplanten
krijg je de ander misschien 
wel op groen

14-02-25 Carolijn Selten

Gedicht tgv het Singles oogst-event
Van Meer Bomen Nu op Valentijnsdag 
bij Landgoed Zonheuvel Doorn
 

Dan smelt je toch

ze hadden kunnen zeggen:
laat maar, er is een kans 
dat het niet lukken gaat
de zonkracht is al best wel sterk
en voor ons wordt het dan zo laat

ze hadden kunnen denken:
wat voor zin heeft het 
opengaan voor die paar uur
weet je hoeveel werk het is
en die machine is zo duur

ze hadden kunnen besluiten:
met deze vorst is er
geen beginnen aan
in het gunstigste geval kunnen we
open met een halve baan

maar deze mannen zagen kansen
en gingen er gewoon voor
ze spoten laag na laag
herinneringen op
werkten klokje rond door

ze waren de hele nacht bezig
met ijspret in de maak
om acht uur konden ze open
deze ijsmeesters verdienen
een rondje van de zaak

Carolijn Selten, 2 februari 2025

Gedicht naar aanleiding van de openstelling van de Doornse ijsbaan

Have you seen the tiny little baby

er waren er minstens
vijfenzeventig
en ze wilden graag 
gezien worden
ook al was de nacht 
gevallen

ze wachtten 
in huizen, tuinen
achter winkelruiten
buiten in de stal
vol gedachten 
of er wel iemand 
naar hen
op zoek zou gaan

op het oog 
allemaal anders
van hout, vilt of porselein
met eenzelfde diepe wens
om weer kind

te mogen zijn
niet slechts een silhouet
maar voor wie de stap zet
zijn ze vindbaar
staan ze op de kaart

en het was het waard
want ieder kind dat deed ertoe
deed ons stilstaan in de regen
hield tegen dat we eraan
voorbij

de kleinste
have you seen the tiny little baby
lag op een kussentje
zo klein nog en ook zo teer

dear world
have you 
have you seen 
the baby child

er zijn er zoveel meer
 

14-12-24 Carolijn Selten

Gedicht n.a.v. de Kerststalroute in Amerongen. De titel en de Engelse tekst verwijzen naar een lied dat gezongen werd door het koor Prove It tijdens de opening van de route in de Andrieskerk

Vertel me

uiteindelijk worden we
allemaal gedicht

opgezet uit onze flarden 
bijeengebonden in momenten
onomwonden rechtgezet
in uitgesproken taal

wat wordt uitgelicht
is een proces-verbaal 
tegen alles wat je
menselijk maakt

de teennagels
de schermtijd
het uitgezakte lijf
in het uur u 
is het vooral 
onze karikatuur
die beklijft

de tijd verdicht zich om ons heen 
de pen vat ons in streken samen
maar ja en amen is het niet
ons wacht de schone taak
ze nu al te souffleren

dus vertel me

wat je hoofdletters zijn
vertel me
wat er op de puntjes staat
zeg het
noem het
leef het voor 
loop overtuigend uit de pas

zodat het later 
als je ooit gedicht wordt
beter rijmt
met wie je was


Carolijn Selten

In het kader van het POP UP Dichtersevent in Z-O-U-T Bibliotheek Driebergen tgv Sinterklaas, i.s.m. Taalpodium op 30-11-2024
 

Hunted

de vraag is 
of ze allemaal 
gevonden zijn

misschien zit er 
nog één in een kliko
tijd te composteren
een uur is lang 
als je jong bent

misschien staat er
iemand doodstil
achter een struik
BOA’s te slim

af te zijn

kun je verstoppen 
wat onzichtbaar is?

jeugddromen
spanning
dienstbaarheid

ja, want 
in dat wat verstopt zit
zit de sleutel
om elkaar 
terug te vinden
op de dag
dat het ooit 
een keer 
echt


13-11-24 Carolijn Selten
Gedicht n.a.v. project HUNTED in Doorn, waarbij 80 jongeren een uur lang proberen uit handen te blijven van politie en BOA’s

Oud Roze

en dan ben je oud roze
en word je zwartgemaakt
doorgekrast en weggestreept

daarbij past slechts de gedachte
dat oud zeer een gezicht verdient
en jong zeer onze blik

zodat we de donkerte in
nieuw licht kunnen zien

03-10-2024 Carolijn Selten

Oktober 2024 - N.a.v. de graffiti op het bord van de tentoonstelling Oud Roze

Ode aan de Utrechtse Heuvelrug

O Heuvelrug met al je groen,
ik denk weleens, het zijn je bomen 
waarvoor de tweeverdieners uit Den Haag, Amsterdam
bakfietsenvol hierheen komen
Liever schone lucht in kinderlongen dan de 
drukte van de stad, wie had ooit gedacht
dat groen de nacht tot ver verleden maken zou

Nu gaan we in het weekend in paradepas
je bossen in, o Heuvelrug, je kent ze wel
de mannen boven veertig, dikke buiken 
strak verpakt in wielrennerskostuum, 
in colonne fietsend op die dunne bandjes, 
het oogt zowat postuum,
je zou bijna zeggen een cartoon, 
maar hee, wij hebben green screen filter,
dàt is wat jouw bomen doen

Weet je nog dat ik je vroeg, hoe doe je dat?
En jij zei: wat? met zo’n zwoele, zware stam
die recht kwam uit je bruine bast, je sapstroom
zoog me bijna vast. Wat maakt jou jou, vroeg ik niet-zen
Gewoon, zei je, ik ben

met de tijd meegegaan, met alle genders goed bekend
Vroeger bestond ik vooral uit hei
inmiddels is dat nog maar vijf procent,
heb ik afgesloten zijden, door die hetze
over de komkommerwolf
Maar mij hoor je niet klagen:
Er werd hier voor Europa nog steeds groen gestemd

O, jij opgestuwde drakenrug, met je Kaap
en Amerongse Berg als schubben, jij bewaakt hier onze schat
geen stad, maar zeven dorpen, die stuk voor stuk 
verschillend zijn, één gemeente, hoe doe je dat?

Ach, mijmerij, dat past nu niet, het leven dat gebeurt
Maar dan schrik ik me het schompes, wat komt daar aangescheurd?
Een wolf op een bakfiets, zijn oren liggen plat
Ze komen, roept hij tegen mij, zoek dekking! Van het pad!
Net op tijd spring ik opzij, maar het leed is al geschied:
Drie zwetende, oude mannen in een fietsbroek, wegkijken kan ik niet

O Heuvelrug, wat ga je ver, maar ik snap je helemaal:
Jouw bossen bieden ruimte aan ieder soort verhaal
alle smaken, alle mensen, bied jij een welkom thuis
Maar had je me dàt niet kunnen vertellen
zónder zicht op een zeemleren kruis?


01-09-2024 Carolijn Selten

NPO Radio 1 - Live voorgedragen in het programma Dijkstra & Evenblij ter plekke 

De Wolf

in het kader van de veiligheid
hebben burgemeester en wethouders 
besloten (beknopt)

dat kinderen en huisdieren 
per direct
in een Friese staartklok 
dienen te worden gestopt

we zijn ons er terdege van bewust
dat niet ieder huis met zo’n klok is uitgerust
daarom zijn via de gemeente 
tegen geringe vergoeding 
klokken te huur
voor plaatsing in woonkamer 
of desgewenst schuur

tevens het dringende advies
als er aan wordt gebeld
overdag of ’s nachts tijdens uw slaap
om altijd grondig de voordeurcamera 
te checken op 
schaap

tot slot nog dit:
paintball-feestjes mogen
tot nader order 
alleen nog in het bos
mits opgepast wordt voor de pers
want die loopt daar los

addendum:

wellicht houdt het dier ons
collectief voor het lapje
en is het niet die van de geitjes
maar van Roodkapje

daarom is het verstandig
zoals de overlevering ons leert
grootmoeder eerst aan de tand te voelen
voordat u koffie accepteert


03-08-24 Carolijn Selten
Gedicht n.a.v. berichtgeving over de wolf

Aan de voorbijganger

vanaf de Dom in Utrecht
is ook onze Kaap te zien
middelpunt van reeën, vogels
en af en toe een wolf misschien

unieke winkels, amper ketens
bosgebieden die ons omzomen
in wel duizend tinten groen
er zijn slechtere plekken om te wonen

het is hier keizerlijk genieten
van wat het goede leven biedt
maar wees gewaarschuwd, beste lezer:
voorbijgaan kan hier niet

eenmaal Doornse lucht gesnoven
zit in jou de Heuvelrug
waar je oneindig lang wilt blijven
ook toeristen komen terug

voorbijgaan kan hier niet

zelfs de dood is nooit een reden
om niet meer hier in Doorn te zijn
denk aan de keizer in het mausoleum
of Simon Vestdijk op het plein

we hebben alles, zoals je ziet
verkeren in verrukte staat
maar hoort dat bij cultureel erfgoed
of bij een reservaat?

dat het niet vanzelfsprekend is
hoe rijk zo’n groen bestaan
dat is het enige wat af en toe
aan ons voorbij lijkt te gaan


Carolijn Selten 
01-08-24 Gedicht t.b.v. de Pui van de Readshop Doorn 
 

Turbulentie

1.
we hadden het kunnen weten
toen een kilozak muesli
opeens maar 750 gram bevatte
en de extra pure hagelslag 
van 80% in een kwart grotere
verpakking gestopt werd:

er is iets met de lucht

we zien het aan de borden
in de tuinen:
onze lucht is niet te koop
riemen vast, struinen we petities af
het gaat van mond tot mond:
er dreigt landjepik gespeeld 
met het luchtruim
boven de gemeentegrond

een naderingspunt 
noemen ze het en dat klinkt als 
twee verliefden die afstevenen 
op de eerste kus, 
maar waar past de romantiek als er
per dag 200 vliegtuigen extra 
door een onzichtbare fuik 
geperst kunnen gaan worden
boven de Utrechtse Heuvelrug

waardoor wij, 
om de paar minuten
ineen zullen krimpen
van de decibellen
krimpen ja, wij wel,
terwijl kerosinedampen de O2
doorstrepen waarmee 
schoon, mooi, voortuin,
en woonomgeving geschreven worden

en zelfs bos spel je in dit geval
met dubbel o
want is lange termijn denken
nog wel onze tweede natuur?

wie bepaalt van wie de lucht is?

wie beslist over de stilte?

2. 
hier hebben we het over
om half twee ’s nachts
in onze achtertuin
rond de vuurkorf
waarin de groen geverfde
in stukken gezaagde 
tuinstoelpoten
walmend in rook opgaan
en er in de tien minuten 
die het kost om koud bier
en borrelhappen te halen
theoretisch anderhalf over
zouden kunnen vliegen
hoe durven ze 
en dat boven een natuurgebied

ons natuurgebied!

omdat een ander 
zo nodig schoenen uit Italië wil
of boontjes uit Marokko
wat denken ze wel

onze lucht!
onze stilte!

we gooien hout op het vuur
nog meer hout op het vuur
trekken rookgordijnen op
die onder het wolkendek
hangen blijven en
bekrachtigen tuinoverstijgend
waar we recht op hebben

ons recht is het!
de boeven!

we troosten onszelf
hartgrondig eensgezind
met nog een rondje
bieden op over waar we
heengaan deze zomer
Egypte, Canada, Australië
en zachtjes praten hoeft niet
want de buurvrouw heeft net
met een harde klap
haar ramen dichtgedaan

23-06-2024 Carolijn Selten
Gedicht t.b.v. Vierde laagvliegroute boven de Utrechtse Heuvelrug

Ontstemd

borrelnoten, de camping, spreek daarover, maar mens, kring je uit 
als het verfeest richting geld, religie of politiek, zo leert ons het fatsoen, 
niet te doen als de stilte abrupt valt bij de eerste aanslag, omdat de F Fis klinkt 
en zelfs de jazzmuzikant er zijn handen vanaf trekt, opzij stapt en

er plotsklaps ruimte ontstaat voor flinke woorden, in een zaal waar we, 
gemiddeld opgetrokken tot zo’n tachtig kilo, niet horen wat rondzingt
in een wereld uit de maat, prikken we onze stemvork in hapklare brokken 
die in niks meer resoneren met onze grondtoon

we zijn ontstemd

verheffen ons in een mijnenveld waar de geluidsgolven steeds schuimiger
over de krukken spatten, de lucht vol nattigheid, waardoor we krom
trekken en slechts staccato’s kunnen uitstoten terwijl het tikken van de eigen 
metronoom de snik overschreeuwt van de vader die zijn kind in niemandsland 
in een laken wikkelt, of je nog een biertje wilt

we zijn ontstemd

door toenemende kilte ondanks opwarming, door opkruipend traanvocht 
waarvoor we deuren sluiten, kieren dichten en overschreeuwen leed totdat 
we schor zijn, maar hoe ver kunnen we gaan, hoe ver kan onze zangbodem
nog krimpen, hoeveel tentenkampen, raketten, bitterballen

totdat er iemand opstaat, iemand die het frame verstevigt, de brug slaat en 
vooral, ja, vooral, de stempennen afstelt op 528 Hz, zodat we de weg terug
vinden, van mineur naar majeur, van solo naar quatre-mains naar een
concertstuk met een slotakkoord dat niet anders dan een stem voor 
menselijkheid kan zijn


01-06-2024 Carolijn Selten
Gedicht t.b.v. Verkiezingen Europees Parlement op 6 juni 2024

Zeven

de blue zone is groen, zeg ik je, maar ook wij trokken eerst cirkels 
met passers rond steden op de kaart, dartten onze toekomst door 
afgeplakte scheuren en vonden in de roos het lot

hoe naïef geluk nog was, het leven afspraak en vakantie en wijzelf 
zo uniek, dat alleen wij, net als alle anderen, met de oudjaarstrekking
ons landelijk lievelings kozen, het eindcijfer

van de dwergen van Sneeuwwitje, de half doodgevroren kikkertjes
in de boerensloot, die hoe groot ook de verhalen, tussen de regels door 
zingen over liefde en de hoop

dat we samen wereldzeeën kunnen overbruggen, dat iedereen meetelt
hoeveel kleuren er in de regenboog, hoeveel dagen er in een week,
hoeveel noten in een toonladder

dat we samen staan als priemgetal, slechts deelbaar door onszelf in 
caleidoscopische nuance en één front dat bergopwaarts schakelt
en omlaag trapt op de rem

maar laat me komen tot de kern: de Utrechtse Heuvelrug 
heeft er dus zeven en je raadt vast de hoeveelste hemel het daar is,
tussen de bomen, de historie en het straks


30-05-2024 Carolijn Selten
Gedicht t.b.v. bundel Nationale Stadsdichtersdag Lelystad

Over de heggen zijn we thuis

1.
Wat blijft er over
als we wegvegen wat
ons tot buren maakt

Een hoop 
losgewrikte nummers 
oneven even even on
Een centimeter niemandsland
tussen de percelen
zodat iedereen grenst
aan niets

Niets zouden we zeggen
in het voorbijgaan
Onze blikken strak gericht
op de stoep 
de grijze kust
die van ons adres
een schiereiland maakt
Van de ander 
een vreemde

Serie geschakeld 
zouden we
onze dagen slijten
Ieder lampje
zorgvuldig losgedraaid
Sereen noemen we
ons vacuüm dan

Het zou steeds
donkerder worden:
over de rand 
van eigen navels
kunnen we niet staren
We kunnen alleen
de diepte in

Mee omlaag
naar waar de draaikolk 
ons voeren blijft
met wat we vinden
Eenstemmig draaiend 
om onze eigen as
We zouden vergeten
wat leven was

Wat blijft er over
als we wegvegen wat
ons tot buren maakt


2. 
Misschien wel 
zachte klanken 
van een piano waaruit 
nocturnes vloeien
Een pianissimo
aan teer gefluister
dat precies
door kieren past

Misschien wel 
de geur van 
sterjasmijn die
ergens bloeien moet
Een zeker weten
omdat de wind
helder witgebloemd
de tegels aait

Misschien wel 
zij die zachtjes 
mee neuriet
met de gitaar
van voorbij de bomen
Eerst in eigen keuken
maar als de zon 
stoutmoedig maakt
buiten hardop

En dat dan ergens
gespitste oren
omdat hij hoort
wie achter status
in hem zit
De man die ooit
graag zong

Dat er longen
volgezogen
een bas 
achter de schuur
uit een serre 
een sopraan
zelfs de honden
in de maat
en dat er ramen 
opengaan
 

3.
Ja, dan zou de snaar
geraakt
het leven teruggegeven
Volmaakt verbonden
voor heel even
Voor veel langer
niet alleen

Over de heggen
is alles gebleven
Vermuren
klankkleuren ons huis
In samenspel 
blijven wij buren
horen wij 
door alles heen
de hartenklop van
thuis


07-05–2024 Carolijn Selten

Gedicht t.b.v. festival Gluren op de Heuvelrug en Burendag

Tot de bodem

Van alle bloemen 
die nu bloeien
steken wij 
de zwarte toorts 
omhoog
Het geel licht aan
waar we blind voor zijn:
de grond waarop we staan

Wie kijkt het leven 
in de ogen 
van pissebed 
en duizendpoten
Wie ziet het netwerk
schimmeldraden
waarop de kardinaalsmuts
ons behaagt

Uit alle kleuren
groen ter wereld
spitten wij
het zwart 
naar grauw
De kaardenbol
zet stekels uit:
onze bodem bont en blauw

Ondergronds 
beeft onze basis 
vingerhoedskruid
omhoog
Hadden ze maar
zegt men later
als ze inzien
waaruit alles

ooit ontsproot


26-04-2024 Carolijn Selten
Gedicht t.b.v. De Heuvelrugtuinenroute te Driebergen

Ooit de achterweg

Hij die instapte
is nu 
voorbij bestemming
De stoom 
waaronder hij zat
regent nog altijd
neer op ons

Zo blijft hij 
onderweg 
en laat net als wij
sporen na 
in sepia, 
zwart-wit 
of kleur

Lost de tijd 
de pixels op
of voegt ze 
ze juist toe?

Verstild beeld
waarbij niet helder is
wie aankomt
wie vertrekt
Maar waarop wel
de weg staat
die ons verbindt

De weg van vele namen

Zo tastbaar 
verglijdt het leven
naar het volgende station
en gaan ook wij ooit 
de remise in
Gaan ook wij ooit
naar achter
weg


10-04-2024 Carolijn Selten
Gedicht t.b.v. De Generatielezing te Amerongen

Proloog

Grijs of zwart
wordt de kameleon
die zich neerlegt
bij zijn verlies
Een ieder die gesleurd
het leven leidt,
zit zandkleurig voor de tv
Vreemde vogels
bekijken we vanachter glas

We moeten wat met hen

maar duiken onder
camouflagenetten,
tijgeren door
nietszeggend neutraal
als zeepaardjes
en pijlinktvissen
en zoogdieren met jeans
die zich hoeknekkig
afschermen van alles
wat anders is

We moeten wat met hen

vangen de regenboog
in banken en alles inclusief:
onzichtbaar zijn
de schroevendraaiers
die zich hiervan losmaken,
zodat een handvol kleur
weer hoort bij
een grijs verleden
van vijf voorbije dagen

Met hen moeten we wat

3 april 2024 Carolijn Selten

Gedicht n.a.v. de twee door de gemeente geplaatste regenboogbankjes in Amerongen, voor De Proloog, waarvan er eentje al na vijf dagen beschadigd werd.

Vakantie

Op de Utrechtse Heuvelrug
is het heerlijk rustig op straat.
omdat de halve gemeente
ergens in de rij
voor een skilift staat.

Hier wordt door de toeristen
nog een nachtje camping bijgeboekt.
(O, hoe lang je soms naar een vrij tafeltje
voor Kaiserschmarren zoekt.)

Je ruikt de lente, als je
fietsend naar Maarsbergen gaat.
(En dat de binding van die linker
skischoen steeds opnieuw losgaat.)

Trouwens, in Leersum verdelen ze
deze periode zaailingen 
van bomen.
(Weet je hoe onmogelijk het is 
om van die zwarte piste 
af te komen?)

Dat je van sneeuw houdt,
is logisch en leuk.
(Ervan uitgaande dat je 't redt
zonder breuk.)
Maar wat ik me afvraag
(en dat bedoel ik niet erg):
Ons bos is toch net zo groen
als de pistes in Winterberg?

22-02-2024 Carolijn Selten

Eenzaamheid

Grote mensen praten uren
over hoe het moet en
zou kunnen gaan
Het gaat dan over kosten
en wiens verantwoordelijkheid
bij welke baan

Eenzaamheid, dat is er wel,
als agendapunt geschikt
maar daar hebben we toch
vrijwilligers voor, wat wordt
het aangedikt

Vraag je een kind 
te schrijven over kleur
dan blijkt eenzaamheid
heel grijs
en niet iets om van weg te lopen
zegt het kind heel wijs

Zolang er kinderen zijn
die handen pakken
van mensen heel alleen,
blijft de toekomst van ons samen
en gaan we ergens heen

08-02-24 Carolijn Selten